zaterdag 31 januari 2015

Mairin

"Ze rijden nog steeds achter ons hoor. Net als twee minuten geleden." zei ik met een glimlach. Raiden keek, net zoals eigenlijk elke minuut, weer in de achteruitkijkspiegel. "Ik vind het nog steeds geen goed idee." zei hij, terwijl hij zich nors weer op de weg richtte. "Ach, we zijn nu al bijna thuis. Ik denk niet dat ze na al die uren volgen zich opeens bedenken en er vandoor gaan." zei ik vrolijk, terwijl ik naar buiten keek. De omgeving begon er weer bekend uit te zien. Bijna thuis. "We hadden beter alleen het meisje mee kunnen nemen." Ik haalde mijn wenkbrauwen op. "Hoe dan? Had je haar met geweld de auto in willen sleuren?" Raiden haalde zijn schouders op en keek alsof hij niet helemaal in zag wat het probleem was. "Bovendien hadden we Doran dan ook nog af moeten schudden." "Ja, en het probleem is?"zei Raiden. "Ach, ik denk dat dit de makkelijkste manier is. Bovendien zijn ze veel te nieuwsgierig om ons niet te volgen. Ze hebben antwoorden nodig en dit is de enige manier om ze te krijgen." Ondertussen trok ik het dashboardkastje open. Met een beetje geluk had de oorspronkelijke eigenaar van de Ford Fiesta nog een beetje een goede muzieksmaak. Deze radiozender was namelijk echt afschuwelijk. Met een grijns haalde ik een CD van Taylor Swift tevoorschijn. "Score!" zei ik triomfantelijk, terwijl ik de CD uit het hoesje haalde en in de radio duwde. Raiden keek vanuit zijn ooghoeken naar het hoesje en maakte een ongelukkig geluid, terwijl hij theatraal met zijn ogen rolde. Ik drukte een paar keer op het volume knopje en begon luidkeels mee te zingen. Zo kon ik de laatste uurtjes naar Long Island best goed doorkomen. Zo nu en dan betrapte ik Raiden erop dat hij met zijn vingers het correcte ritme meetikte op het stuur en ik zou zweren dat ik tijdens Blank Space zijn lippen geluidloos de woorden "darling I'm a nightmare, dressed like a daydream" zag vormen. Ik nam me voor om dit moment goed op te slaan, zodat ik hem er later op het juiste moment mee zou kunnen confronteren/chanteren. De uren vlogen voorbij en ik zag Halfblood Hill door de voorruit dichterbij komen. "Home sweet home." zei ik blij. Raiden zette de auto neer op een kleine open plek in het bos en Doran was ondertussen ook gestopt. Ik stapte snel uit en liep richting zijn auto. Ze waren alledrie al uitgestapt en keken verwilderd om zich heen. "Dude. We zijn in the middle of nowhere." zei Jae Jung. Hij dacht hier even over na en toen zag ik zijn ogen oplichten. "Picknick?" zei hij blij. Ik glimlachte. "Nee, geen lunchpauze. We zijn aangekomen bij onze bestemming." Ik keek even over mijn schouder naar Raiden, maar hij was bij de Ford Fiesta blijven staan en leunde er een beetje verveeld tegen aan. Kennelijk mocht ik dit in mijn eentje opknappen. Doran keek een beetje achterdochtig. "Goed, gaan jullie mee?" zei ik hoopvol. "Mee waarheen? We staan midden in een bos." zei Doran, terwijl hij een blik op zijn auto wierp. Het leek erop alsof hij zich afvroeg hoe snel hij iedereen weer in het voertuig zou kunnen krijgen om zo hard mogelijk weer weg te rijden. "Ja... En ik heb zeg maar een beetje van mijn ouders geleerd dat ik niet random strangers moet volgen in een bos... En ook van horrorfilms trouwens." zei Jae Jung. Ik begon tactieken te verzinnen om iedereen toch mee te krijgen, maar dat was niet echt nodig. Raiden stond namelijk opeens weer naast me. "Willen jullie nou antwoorden of niet?" zei hij. Doran keek even naar Erin, die nog niks gezegd had sinds ze uit de auto was gestapt. Het meisje leek even te aarzelen, maar deed toen een stap naar voren. "Goed. Waar gaan we heen?"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten