vrijdag 30 augustus 2013
Doran
Ik was letterlijk sprakeloos. Wat zeg je tegen een meisje die je vertelt dat ze op één dag niet één maar twee keer is aangevallen door monsters die alleen voorkomen in Griekse mythologie en goedkope fantasyromans? Als ik niet net met mijn eigen ogen de Chimera had gezien zou ik haar niet eens hebben geloofd. Ik zou denken dat de gebeurtenissen van de afgelopen 48 uur haar hadden getraumatiseerd, dat ze in de war. Ergens in me zei een stemmetje dat nog steeds. Alsof mijn ratio met alle kracht probeerde te ontkennen wat ik net zelf had ervaren. Alsof iets in mijn brein probeerde de reusachtige Chimera weer uit mijn geheugen te wissen, maar dat zou niet lukken. Ik wist wat ik had gezien. Erin mocht dan in de war zijn, maar ik was bij mijn volle verstand, en ik zag een Chimera. En ik geloofde Erin. Maar ik wist nog steeds niet wat ik tegen haar moest zeggen. Alleen al het bestaan van zulke wezens kreeg ik nauwelijks aan mijn verstand, maar dat ze achter haar aanzaten? Wat zeg je daarop? Als ik haar probeerde gerust te stellen door te zeggen dat dat vast niet zo is, leek het alsof ik haar niet serieus nam. Twijfelend klampte ik me vast aan het stuur van mijn auto en kneep er hard in. Erin maakte zich zo klein mogelijk in de bijrijdersstoel, haar hoofd begroef ze in haar knieën, alsof ze bang was dat ik tegen haar zou schreeuwen. Ik wilde haar zo graag geruststellen, haar angst wegnemen, maar vooral wilde ik dat ze wist dat ik achter haar stond. Dat zelfs al had ze gelijk, ik het haar niet verwijtte, en ik haar niet in de steek wilde laten. Ik haalde diep adem en schraapte mijn keel. "Als dat waar is..." begon ik onhandig. Erin tilde haar hoofd iets op maar keek me nog steeds niet aan. "Als dat waar is hebben we des te meer reden om bij elkaar te blijven." Erin draaide haar hoofd mijn kant op met een schichtige beweging en keek me verbaasd aan. "Als je dat wilt ten minste." voegde ik eraan toe. "Hoor je niet wat ik zeg?" prevelde ze. "Als ze echt achter mij aanzitten, dan breng ik je alleen maar in gevaar, dan ben je veilig zonder mij." "Àls ze echt achter jou aanzitten," zei ik, een stukje feller nu, "Dan ben jij allesbehalve veilig in je eentje. En als ze niet specifiek achter je aanzitten zijn we met zijn tweeën veiliger dan alleen." Ik voelde een merkwaardige koppigheid achter die woorden, en ik realiseerde me dat ik Erin niet wilde laten gaan. Chimera's of geen Chimera's. Ik wilde haar beschermen, ja. Maar ik wilde haar ook bij me in de buurt houden vanwege... andere reden. Eerlijk is eerlijk, ze was geen slecht gezelschap, beter dan Randy in ieder geval. Erin keek peinzend voor zich uit. "Het spijt me zo van Jae Jung." haar stem klonk onvast. Ik sloeg mijn ogen neer en slikte moeizaam. Even zag ik Jae Jung's domme Aziatische hoofd voor me. Zijn onnozele uitdrukking als hij één van Randy's slechte seksgrapjes niet snapte. Zijn bolle wangen als hij zijn mond vol had met de granola bars waar hij verslaafd aan was. De idioot. Mijn ogen prikten een beetje. "Dat was niet jouw schuld." Mijn stem klonk bijna net zo onvast als die van Erin. "Hij leek me een aardige jongen." zei Erin wat onhandig. Onwillekeurig schoot ik in de lach. Mijn zicht werd wat wazig. "Het was een sukkel." mompelde ik. "Ik verwachtte altijd dat hij zichzelf zou elektrocuteren met zijn Nintendo, of dat hij dood zou gaan aan een overdosis Mountain Dew. Iets doms als dat. Nu ik erover nadenk past geroosterd worden door een Chimera wel in het rijtje." Erin zei niks, maar keek me schattend aan, alsof ze probeerde te zien hoeveel van mijn woorden ik meende. "Iets normaals als een auto-ongeluk of een hartaanval zat er nooit in voor hem." prevelde ik. Ik wendde mijn blik net op tijd af, voordat de tranen zich een weg baanden over mijn met roet bedekte wangen. Een snik schokte door mijn schouders. Een tweede schok ging door mijn lichaam toen ik Erin's koude vingers op mijn hand voelde. Ik zette me over mijn schaamte heen en zocht haar blik op. Zij huilde ook. "Blijf alsjeblieft hier." snikte ik. "Ik heb een auto. Hier ben je veiliger dan in je eentje op de straat. Er zijn genoeg doden gevallen vandaag, oké?" Erin zei niks, maar knikte. Tegelijk glimlachten we allebei even door onze tranen heen. Op dat moment begon er iets te bewegen op de achterbank. Randy kreunde wat en ging rechter overeind zitten. Bliksemsnel trok Erin haar hand weer weg. Ik veegde snel mijn tranen weg met de mauw van mijn bloesje. Randy rekte zich luidruchtig uit en trok zich aan Erin's stoelleuning naar voren. "Dude. Weet je wat we nou helemaal zijn vergeten?" vroeg hij met de rasperige stem van iemand die net wakker wordt met een gigantische kater. Ik haalde mijn schouders op en keek hem vragend aan. Randy grijnste een beetje. "Bier."
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten